Is er wel sprake van pesten?

Pesten is een veel voorkomend onderwerp binnen de klassen van het primaire onderwijs. Kinderen, maar ook ouders drukken soms als snel de stempel van pestgedrag op ongewenst gedrag. Als leerkracht is het belangrijk om hier goed op in te spelen. Waarbij preventief handelen altijd beter is dan curatief handelen. Maar voordat je kunt handelen, moet je beschikken over kennis. 

Is er wel sprake van pesten?

Allereerst is het belangrijk om helder te hebben of er wel sprake is van pesten. Binnen de huidige stagegroep valt op dat leerlingen al snel spreken van ‘pesten’. Een grapje dat verkeerd uitpakt wordt al snel bestempeld als pesten. Als leerkracht is het van belang om duidelijk te maken wanneer er sprake is van pesten. Volgens Horeweg (2015) is er sprake van pesten als de volgende punten zichtbaar zijn:

  • Als het slachtoffer mentaal of fysiek leed wordt aangedaan.
  • Als het slachtoffer doelbewust wordt gekwetst of vernederd. De pesters hebben dus de intentie om het slachtoffer fysiek of mentaal pijn te doen.
  • Als het pestgedrag zich ook herhaald over een langere periode.
  • Als er sprake is van een machtsverhouding waarin de pester of pesters sterker of slimmer zijn.

Herken je één van de leerlingen in één van de bovenstaande punten dan is er dus pestgedrag aanwezig binnen de klas of school. Als leerkracht is het dus eerst belangrijk om te kijken of er inderdaad sprake is van pestgedrag binnen de groep.


Waar komt het pesten vandaan?

Meerdere aspecten kunnen meedragen aan het pestgedrag binnen de klas of school. Zo zijn de normen en waarden van een kind voor een heel groot deel bepalend voor een situatie waarin er mogelijk wordt gepest. Ieder kind krijgt vanuit huis uit een aantal normen en waarden mee. Maar ook kinderen zullen na gaan denken of wat zij zelf belangrijk vinden. Er zal dus spanning ontstaan tussen de normen en waarden van huis uit en de normen en waarden van andere kinderen. Volgens Amerikaanse sociaal- psycholoog Leon Festinger is er dan sprake van dissonantie. Hierbij speelt ook attributie een grote rol. Kinderen, maar ook volwassenen zijn snel geneigd om goede daden vanuit de interne attributie te zien.  De persoon neemt hier dan zelf de verantwoordelijkheid voor. Bij een slechte daad ligt het vaak aan een ander. Er is dan sprake van externe attributie.

Het pesten begint vaak omdat een leerling of een groep leerlingen behoefte heeft aan macht en aandacht. Daarnaast kan pesten ook voortvloeien uit een leerling die ongelukkig is en zijn gevoel afreageert op andere leerlingen.  Echter kan het ook niet intentioneel zijn. Er zal dan eerder sprake zijn van plagen dan van pesten.

Ook zullen hier vier verschillende theorieën beschreven worden  waarin mogelijke oorzaken van pestgedrag staan beschreven:

  • Het zondebokfenomeen: volgens Van der Meer (1988) kan er sprake zijn van een zondebok binnen de groep. Door verschillende gebeurtenissen binnen de school, maar ook buiten de school kan een leerling agressie vertonen. Denk aan gescheiden ouders of een vervelende leerkracht. De leerling wil dit gedrag kwijt en reageert dit af op een andere leerling die uiteindelijk dus wordt uitgekozen als zondebok.
  • De moddelingstheorie: Volgens deze theorie van Olwues (1992) is het pestgedrag aangeleerd. Hierbij staan ouders of verzorgers model voor het gedrag dat de leerling vertoond. De leerling heeft dit gedrag  vaak thuis gezien waardoor het dit gedrag zal kopiëren
  • Groepsvorming: Hier kan de leerkracht een belangrijke rol in spelen. De groepsvorming is sterk bepalend voor het klimaat in de klas. Als er geen sprake is van evenwicht in de groepsdynamica dan kan er uiteindelijk sprake zijn van pestgedrag. Als leerkracht is het dus belangrijk om in te spelen op de verschillen van leerlingen en de groep zich evenwichtig te laten vormen waarin er niet tot nauwelijks sprake is van machtsverdeling
  • Het schoolsysteem: Ook het schoolsysteem is bepalend voor het pestgedrag binnen de school. Hierbij is de discipline van de leerkracht en het bestuur van belang. Als school moet je de lijntjes kort houden op het gebied van pesten en voortdurend laten zien wat wel en wat juist niet wordt getolereerd binnen de school.

Preventief handelen

Binnen het huidige passende onderwijs staat ook het preventief handelen hoog in de lijst. Dit houdt in dat je als leerkracht beter een probleem kunt voorkomen dan het probleem oplossen. Je zult dus je leerlingen altijd een stap voor moeten zijn. 

observeren

Observeren is een belangrijke taak van de leerkracht. Echter kun je als leerkracht niet alles zien. Zo zal er mogelijk ook ongewenst gedrag plaatsvinden buiten de muren van school of op sociale media. Wel kun je ervoor zorgen door middel van observeren dat er binnen de muren van school niet wordt gepest. Dit door geobserveerd ongewenst gedrag klassikaal te bespreken en af te keuren. 

 

voorkomen

De gouden weken zijn de belangrijkste weken van het schooljaar. in de eerste weken van het nieuwe schooljaar investeer je in een goede groepssfeer. Een goede groepssfeer zal een positieve invloed hebben op pestgedrag. Hoe beter de groepssfeer, hoe kleiner de machtsverschillen zijn, hoe minder pestgedrag er zal zijn.  In het kader van preventief handelen, kun je als leerkracht dus investeren in de groepssfeer. Hieronder hebben we een aantal activiteiten uitgewerkt die je zou kunnen inzetten tijdens de gouden weken. 

 

Gouden weken activiteiten

1. Overeenkomsten zoeken: Er mag een leerling voor de klas gaan staan. Alle kinderen uit de klas gaan nu opzoek naar minimaal twee overeenkomsten tussen het kind dat voor de klas staat en henzelf. 

2. zoek iemand die: Iedere leerling heeft een blad in de hand waarop verschillende dingen staan als: 'zoek iemand die buiten Europa op vakantie is geweest'. De leerlingen zoeken allemaal een leerling dat overeenkomt met het oprdrachtblad. ( zie foto) 

3.slingers:  Laat de leerlingen allemaal een slinger maken waarop de volgende kenmerken staan: leeftijd, hobby's, lievelingskleur, familieleden, toekomstplannen. Na het maken en ophangen van de slingers kun je de leerlingen in groepjes laten raden welke slinger van welk kind is.

4. Marshmallow challenge: je verdeeld de klas in groepjes van 4. Ieder groepje krijgt 20 ongekookte spaghetti slierten, rol tape, 1 marshmallow en touw. Binnen 15 minuten moet het groepje proberen om een zo hoog mogelijke toren te bouwen waarop de marshmallow kan staan/liggen. Het groepje met de hoogste toren wint. Daar moet de marshmallow dan ook wel op kunnen staan natuurlijk!

Oplossen

Mocht het probleem/ pest gedrag zich toch hebben laten zien binnen de klas dan zul je toch curatief moeten handelen. Problemen zijn er om opgelost te worden. Hierbij is het wel belangrijk om objectief te blijven en beide kanten van het verhaal even serieus te nemen. 

De pester

Nu duidelijk is of er wel sprake is van pesten en waar het vandaan komt, kun je opzoek gaan naar de oplossing. Als eerste is het van belang dat je als leerkracht objectief blijft en dus niet de schuld alleen op de pester legt.  Vaak is het pestgedrag van de leerling een gevolg van een oorzaak waar het kind ook niet om gevraagd heeft.  Daarnaast is praten met de pester over het pestgedrag van groot belang. Probeer bij de leerling empathie naar boven te halen zodat de leerling zich gaat verplaatsen in het gevoel van het slachtoffer. Voor het ene kind zal werken in beloningen een goede oplossing kunnen zijn. Daarnaast kan het werken met straffen ook een goede vervolgstap zijn voor bepaalde leerlingen. Als leerkracht zal je dit zelf moeten kunnen inschatten.

het slachtoffer

Het is allereerst belangrijk om het vertrouwen van het kind te winnen. Als leerkracht zul je als vertrouwenspersoon moeten functioneren. Het is daarom van belang om niets tegen de wil van het gepeste kind te doen. Wel is het goed om de gevolgstappen vanuit het kind te laten komen. Dit door aan het kind te vragen wat een mogelijke oplossing kan zijn.  Daarnaast is het ook goed om actief betrokken te blijven bij de situatie. Dit kun je doen door de leerlingen te verplichten om pest gedrag te melden. Op deze manier kun je als leerkracht de situatie ook helder krijgen.

Zoals al eerder vermeldt, is pestgedrag vaak een groepsprobleem waar ook meerdere leerlingen bij betrokken zijn. Ook de groep zal je dus moeten betrekken bij het probleem dat plaatsvindt binnen de school. Ook binnen de groep is het belangrijk om empathie op te roepen bij de kinderen door de leerlingen eens te laten verplaatsen in het gepeste kind. Daarnaast kun je als leerkracht de leerlingen die pestgedrag durven te melden, belonen met een compliment. Op die manier laat je als leerkracht zien wat het gewenste gedrag is en hoe je dus moet handelen als je pestgedrag opmerkt.

Andere mogelijke oplossingen

Enkel een gesprek voeren met de pester en het slachtoffer zal niet altijd de oplossing zijn. Daarom zullen we hieronder andere handelingen toelichten die worden aangeraden om pestgedrag te kunnen verhelpen of te verminderen:

  • In de praktijk zal het voorkomen dat ouders bij de leerkracht aan de bel trekken om pestgedrag te melden. Hierbij is het belangrijk om deze constatering van ouders niet direct weg te wuiven. Ook ouders vinden het fijn om hun verhaal kwijt te kunnen. Als leerkracht zul je ouders dus serieus moeten nemen. 
  • Zowel ouders als de school zal zich verantwoordelijk moeten voelen voor het gedrag dat een kind vertoont. Een gepest kind is dus niet alleen de verantwoordelijkheid van de school, maar ook dat van de ouders. 
  • Niet ieder kind is hetzelfde, zo is de ene leerling dyslectisch en heeft de andere leerling ADHD. Als leerkracht zul je een alert moeten zijn op leerlingen die buiten de groep vallen. Om zo pestgedrag te voorkomen.

In bovenstaande mogelijke oplossing staat één oplossing dik gedrukt. In het kader van passend onderwijs hoort deze oplossing namelijk goed thuis. Binnen het passende onderwijs staat het preventief handelen hoog in de lijst. Door als leerkracht goed te kunnen observeren welke leerling niet onder de norm van 'normaal' vallen, kun je pestgedrag voorkomen door hier meer aandacht aan te besteden. Dit sluit heel erg aan op het belang van het observeren binnen de klas en op het schoolplein

Pestprotocol

Kanjertraining

Waarom zou je als leerkracht of school het wiel opnieuw moeten uitvinden? Door de jaren heen zijn er vele anti-pestprogramma's ontwikkeld die een leerkracht ondersteunen bij het oplossen of het tegen gaan van pestgedrag. Binnen het huidige passende onderwijs past het anti-pestprogramma 'Kanjers' heel goed. Dit programma berust zich namelijk niet zozeer op het oplossen van pestgedrag, maar juist op het creëren van een goed klimaat binnen de school. Dit programma richt zich dus meer op het voorkomen van pestgedrag. Dit doen ze door training te geven waarin het volgende motto centraal staat: 'wat je meemaakt is interessant, vervelend of naar, maar hoe je ermee omgaat is belangrijker, dat vormt je. ' Binnen deze trainingen is het belangrijk dat leerlingen respect krijgen voor elkaar. Ook ouderbetrokkenheid is hierbinnen belangrijk. Negatief zichtbaar gedrag bij leerlingen hangt namelijk vaak samen met de thuissituatie. Het is dus voor zowel de leerkracht als de ouders van belang dat ouders betrokken worden bij de school.

plezier op school

Op de website biedt 'plezier op school' zichzelf aan als een sociale vaardigheidstraining. Echter is hun doelgroep heel gericht en specifiek. Leerlingen die op de basisschool altijd zijn gepest en de stap moeten moeten maken naar het middelbare onderwijs, kunnen hier terecht. Deze leerlingen krijgen sociale vaardigheidstrainingen waardoor ze ondermeer weerbaarder zullen worden. Dit anti-pestprogramma richt zich heel sterk op het curatief handelen op het gebied van pestgedrag op de basisschool, maar werkt wel preventief om het pestgedrag op het middelbare onderwijs te voorkomen. 

 

Alles kidzzz 

Ook dit is een preventief anti- pestprogramma waarbinnen dus het voorkomen van pestgedrag centraal staat. Echter vind ik wel dat hier ook een groot gedeelte bestaat uit het curatief handelen.  Dit programma richt zich op het individuele kind en bestaat uit 8 bijeenkomsten. Bij de eerste bijeenkomst moeten zowel ouders als het kind zelf en de leerkracht aanwezig zijn. Aan de hand van eerder genoemde theorie is al duidelijk geworden dat ouderbetrokkenheid een belangrijke rol speelt. Alles Kidzzz speelt hier goed op in door te werken met een leerlingenmap. In deze map reflecteert de leerlingen op de bijeenkomsten en op zijn gedrag. De leerkracht schrijft hierop een reactie waarna de leerling de map mee naar huis neemt en laat zien aan de ouders. Dit programma bevat verschillende lesmaterialen die zich specialiseren in verschillende gebieden van gedrag. Een leerling die snel boos wordt, werkt dan bijvoorbeeld met een gedragsthermometer. Deze thermometer geeft aan hoe boos het kind is. Daarbij horen verschillende mogelijke oplossingen waardoor de leerlingen lager in de thermometer kan eindigen. Het kind krijgt dus hele concrete oplossingen om het ongewenste gedrag te verhelpen. 

 

KiVA

Ook dit is een preventief anti-pestprogramma. Het werken aan de sociale- ontwikkeling is iets waar KiVa haar aandacht aan besteed. De nadruk ligt dus vooral op het krijgen van een fijne groepssfeer waardoor pestgedrag minder snel en extreem zal voorkomen. Het mooie aan dit programma is dat het schoolbreed is.  Hierdoor heeft ieder klas dezelfde regels en wordt er in iedere groep hetzelfde over sociale problemen binnen de school gedacht en gehandeld.  Naast dat dit programma zich richt op preventief gedrag, bevat het ook handleidingen voor curatief gedrag. Mocht pestgedrag toch zijn voorgekomen dan laat dit programma ook weten hoe je dit kunt oplossen. 

Passend onderwijs

De visie op het passende onderwijs betreft pesten is hierboven al een aantal keer benoemt Toch zullen we het hier nogmaals duidelijk op een rijtje zetten. Bij het passende onderwijs is het belangrijk dat je als leerkracht rekening houdt met de onderwijsbehoefte van ieder kind. Dit zul je op het gebied van pesten aan de hand van observatie moeten kunnen opmerken. Echter staat het preventieve  handelen ook hoog in lijst binnen het passende onderwijs. Voorkomen is beter dan genezen. Hierbij zijn voorbeelden van activiteiten in de gouden weken gegeven.